hudson hintze vpxeE7s my4 unsplash 111897472949

Elkaar ontmoeten in onze verhalen


Lastige draagstukken

Een leidinggevende wil zich zo graag meer in contact voelen met zijn team. Ze hebben een reorganisatie achter de rug die erin hakt. Dat proces was pittig en ondanks de beste intenties zijn er links en rechts brokken gemaakt. Zo voelt het althans want echt weten is moeilijk: ze hebben het er niet expliciet over. Bovendien hebben ze met elkaar de opdracht om te bouwen aan de toekomst van een nieuwe organisatie.

 

Uit een aantal gesprekken met de teamleden valt op dat achter frustratie, boosheid vooral verdriet zit. Het gaat over het missen van nabijheid in het oog van de storm, besluitvorming die eenzijdig voelt, de eigen geraaktheid in het gedwongen afscheid nemen van fijne collega’s. Het blijkt een gedeelde behoefte om elkaar in meer rust te ontmoeten. Maar hoe begin je zo’n moedig gesprek?

 

Van wat naar wie

We besluiten om een dag uit te trekken nog voor de zomervakantie om met elkaar op verhaal te komen en te kijken wat er nodig is om verder te gaan als team. Op een mooie plek in het groen zetten we onze stoelen in een kring. Ik lees een stukje voor uit een recente blog van collega Joeri Kabalt over het verschil tussen ‘wat-heid’ en ‘wie-heid’. Geïnspireerd door Hannah Arendt die pleit om het unieke van een ander, de ‘wie-heid’ door middel van een persoonlijk verhaal te ontdekken en als mens te ontmoeten. Anders dan te snel te vervallen in feiten en cijfers die meer zeggen over iemands ‘wat-heid’.

 

Ik koppel het voorleesstukje aan de vraag: op welk kruispunt bevind je je als mens vandaag? Kijkend naar de fronsende voorhoofden en grootogige blikken vertel ik eerst zelf iets. Over wat me oprecht bezighoudt en waarop ik me momenteel uitgedaagd voel in het leven. Zo zet ik de toon van diepgang als procesbegeleider en vertrouw erop dat mensen zich vrij voelen om in hun eigen toonaard aan te haken.

 

Er komen verhalen over hoe het thuis gaat en hoe lastig het was om dat in alle hectiek met het werk te combineren. Over hoe ontroerend het is om je kinderen te zien opgroeien en tegelijk je je ineens zo misbaar voelt, over hoe in het verlies lang geleden van een broer en een vader het vaste voornemen is ontstaan om moeilijke situaties positief te relativeren. Mensen luisteren met volle aandacht naar elkaar, stellen vragen en zijn verbaasd over dingen die ze nooit eerder van elkaar hoorden.

 

Deze start van de dag helpt om een brug te slaan naar de werkcontext. De leidinggevende schetst zijn verlangen van de dag en in welke richting hij het team graag wil meenemen de komende tijd. De teamleden geven aan wat wel en wat nog niet resoneert in dit beeld.

 

Natriltijd

De rest van de dag staat, net als dit begin, in het teken van wat Riet Fiddelaers-Jaspers ‘natriltijd’ noemt. Ze schrijft in haar gelijknamige boek (2020) over het belang om even stevig ‘na te kunnen trillen’ na een heftige gebeurtenis. Zoals een muisje zich voor dood houdt voor de spelende kat - om zodra deze bedreiger het opgeeft en de kust veilig lijkt- op te springen en even alle spanning uit het lijf te schudden. Wij mensen slaan die beweging vaak over. We onderdrukken de opgebouwde spanning en gaan liefst zo snel mogelijk over tot de orde van de dag.

 

In deze bijeenkomst is er nadrukkelijk ruimte voor. Door verhalen op te halen over ieders beleving van de afgelopen tijd en hoe ieder zich verhoudt tot wat er gebeurd is. De groep maakt als het ware een reconstructie van betekenisvolle momenten, zowel vanuit goed werkende ervaringen die iets zeggen over hoe ze het samen als team goed gedaan hebben als situaties waarin het de verkeerde kant uitging. Beide soorten verhalen mogen er zijn. De persoonlijke beleving en het delen daarvan staat voorop.

 

Uitdagende vraagstukken

Na verloop van tijd is de groep klaar om weer verder te gaan, net als de muis. De belangrijkste rode draad die komt bovendrijven in de verzameling van de verhalen, is het belang van het in contact blijven met elkaar. Even binnenlopen, je worsteling delen, nog even napraten de volgende dag over wat er is blijven hangen in een bijeenkomst.

 

De leidinggevende wordt uitgedaagd en vooral uitgenodigd door het team om niet eerst de dingen in zijn eentje op te willen lossen maar zijn teamleden te ‘benutten’ om mee te denken en te doen. We maken samen een ontwerp voor een lastig gesprek dat met de ‘hogere leiding’ gevoerd moet worden de volgende dag. ‘Het durven en kunnen leunen op elkaars schouders werkt louterend’ zegt een deelnemer in de afsluitende ronde. De volle ruimte voor ‘wieheid’ maakt letterlijk ruimte om op een productieve manier samen te werken aan ‘wat’ er nog te doen is.

 

 

Deze blog is onderdeel van een serie in het kader van een nieuw boekproject over de rol van ‘verhalen(d) werken’ bij persoonlijke, organisatorische en maatschappelijke ontwikkeling, van Saskia Tjepkema, Joeri Kabalt, Luc Verheijen, Martijn van Ooijen, Koen Weber en Lieve Scheepers.